Kinderfysiotherapie

Ieder kind is uniek en vraagt om een eigen benadering. Daarom leest u hier over kinderen in hun eigen leeftijdscategorie: baby’s, peuters, schoolkinderen en jongeren.

Baby’s en kinderfysiotherapie

Misschien valt het u op dat het kind een voorkeurshouding heeft, of een afgeplat hoofdje. Dat het weinig spierkracht of een lage spierspanning heeft. In de babyleeftijd kunnen kinderen gefrustreerd raken, doordat ze iets niet kunnen. Bijvoorbeeld als het omrollen niet lukt of het kruipen of het gaan staan. Als een kind achterloopt in zijn lichamelijke ontwikkeling, dan is het belangrijk om dit snel te signaleren. Dan kan de ontwikkeling met adviezen en tips sterk verbeteren.

Als kinderfysiotherapeut observeer ik het kind en geef ik onder meer adviezen aan ouders over het stimuleren van de motorische ontwikkeling of het verbeteren van de houding. Bij kinderen met een voorkeurshouding kan er, indien nodig, een schedelmeting ( PCM-meting ) plaats om de afplatting van de schedel te meten. Verder probeer ik samen met de ouders de (motorische) ontwikkeling op een positieve manier te stimuleren.

Kinderen tot twee jaar worden aan huis behandeld.

Peuters en kinderfysiotherapie

Soms beheersen peuters nog niet de vaardigheden die je op hun leeftijd wel zou verwachten. Een kind valt vaker dan andere kinderen, heeft een afwijkend looppatroon, of kan niet rennen. Er kan ook iets aan de hand zijn met de fijne of grove motoriek, als uw kind onhandig lijkt. Ook als u het idee hebt dat uw peuter erg druk, vaak boos en geïrriteerd, of juist stil en teruggetrokken is, kan er een motorisch probleem aan ten grondslag liggen. Dan is het goed om contact op te nemen.

Als kinderfysiotherapeut observeer ik een peuter spelenderwijs. We oefenen samen op een manier die aansluit bij zijn of haar interesses. Dat zorgt ervoor dat de peuter gemotiveerd is om zowel in mijn praktijk als thuis te oefenen.

Schoolkinderen en kinderfysiotherapie

Sommige kinderen lijken zich wat onhandig te bewegen. Het ziet er houterig uit, of het is moeilijk om het evenwicht te bewaren. Er zijn problemen met fietsen of rennen. Of juist met fijnere bewegingen als het gooien en vangen van een bal, het knutselen, het schrijven of het vasthouden van een pen. Als u dit ziet bij uw kind, of andere vragen hebt over vaardigheden die je van een kind op die leeftijd zou verwachten, neem dan contact met mij op. Ook voor vragen rondom (geschikt) sporten kunt u bij mij terecht.

Op de schoolgaande leeftijd kunnen bewegingsproblemen veel invloed hebben op het welbevinden van het kind en op het functioneren in de groep. Als kinderfysiotherapeut ga ik spelenderwijs met uw kind aan de slag, voor een antwoord op de hulpvraag van uw kind en om de problemen te verminderen waar hij of zij tegenaan loopt.

Jongeren en kinderfysiotherapie

De kinderfysiotherapeut behandelt ernstige aandoeningen en al langer bestaande ontwikkelingsachterstanden bij kinderen tot 18 jaar. Ook kunt u bij mij terecht als uw kind in de puberleeftijd last heeft van:

houdingsafwijkingen of rugklachten (scoliose, verkeerde stand van rug of nek)
ademhalingsproblematiek
conditie- en/of krachtproblemen
hypermobiliteit
obesitas
een (sport)blessure
faalangst
een orthopedisch probleem
klachten aan gewrichten of spieren (platvoeten, zwakke enkels, klachten aan knieën, rug of nek, hoofdpijn)
een aangeboren afwijking die de motoriek beïnvloedt
problemen op het gebied van de prikkelverwerking (sensorische informatieverwerking) .

Medical Taping bij kinderfysiotherapie

Medical Taping is iets anders dan gewoon tapen. Het is een behandeling die stimulerend werkt. Door speciale tape aan te brengen als een soort ‘tweede huidlaag’, zorgt dit voor steun zonder dat het hindert bij het bewegen. Ook stimuleert het de bloeds- en lymfedoorloop. De tape ademt en irriteert niet. Het stimuleert het genezingsproces als het op de juiste manier, in rekkende toestand wordt aangebracht.

Als kinderfysiotherapeut gebruik ik Medical Taping onder meer voor het:
stimuleren van de juiste houding (of de stand van de wervelkolom, voeten of benen)
voorkomen van ‘het lopen op de tenen’
verminderen van vochtophoping, en bevorderen van de circulatie na blessures
activeren van spieren of spiergroepen
verminderen van pijn, wat normaal bewegen weer mogelijk maakt
ondersteunen van de gewrichtsfunctie, propriocepsis (systeem waardoor men zich bewust wordt van de standen en/of standsveranderingen van het eigen lichaam), door correctie van de bewegingsrichting en optimaliseren van de stabiliteit.

Hebt u een vraag die hier nog niet besproken is? Laat het mij weten.